Klik hier voor grote afbeelding (met gegevens)
Kruiwerk   van  molen

Om het wiekenkruis van een molen in de juiste windrichting te kunnen draaien moet het draaibare deel, de romp van een standerdmolen of de kap, van een bovenkruier kunnen bewegen ten opzichte van het stilstaande deel.
Nemen we de bovenkruier als voorbeeld: de kap heeft onderaan een houten overring. Deze ligt op de rolring van de romp of een ander middel om te kunnen draaien. Aan de kap zit de staart vast, met daaraan het kruirad.
De kap wordt gedraaid door om de kruias van het kruirad een ketting of touw te winden, die vastgehaakt wordt aan een vast punt. Dat kan een kruipaal zijn of een balk van de stelling. Deze hele installatie is het kruiwerk.


Tekst: Jean Penders, 12-2005. Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders